MH370

Ik kijk om me heen. De Chinees naast me heeft het tafeltje uitgeklapt en er het vliegtuigkussentje en vervolgens zijn hoofd op gelegd. Het licht van het Entertainment Center, zoals Cathay Pacific het kleine schermpje optimistisch betitelt, geeft zijn gezicht een groenige weerschijn. Het is schemerig in het vliegtuig. Schemerig en koud. Ik lig opgerold in een dekentje en een omslagdoek en ben blij met mijn 1.56 meter. De kinderen aan boord zijn stil.

Hoe lang nog? Losgezongen boven de aarde, los van tijd en plaats. Schermpje aan: nog 7,5 uur. We zijn ergens boven Omsk, zie ik. Omsk. Ik denk aan de slee van drs. P. Arme Pjotr, geofferd aan de wolven. Dood. Neerstorten, hoe lang zou dat duren? En zou je je daar bewust van zijn of schakelt de geest zich in het zicht van de dood uit? Wat zou beter zijn, ontploffen of neerstorten? Stel dat het vliegtuig te hoog zou vliegen, de zwaartekracht uit. Hoe lang zouden we dan nog rondzweven? Is de piloot nog wel wakker, let hij wel op? Mijn geest verkent alle hoekjes van dood-door-vliegtuig. Angst begint in mijn maag te gloeien. Ik concentreer me op mijn ademhaling en breng mijn geest weer terug. Straks sta ik gewoon op Schiphol. Straks sta ik gewoon op Schiphol. Straks sta ik gewoon op Schiphol.

Onderweg van Brisbane naar Hong Kong naar Amsterdam. Afscheid van mijn bijna Australische dochter na ruim drie weken samen. De Pacific, regenwouden, relaxte Aussies, tropische vogels en koalas. Lopend op Hong Kong Airport heb ik al heimwee. Groepen Chinezen laten zich fotograferen voor monitors met vluchtnummers en vertrektijden en doorgestuurd aan achterblijvende vrienden en familie – kijk maar, we gaan echt.
Opstijgen. Hong Kong achterlaten in de schemering. Zachte, puntige bergen die steil aflopen in de zee, wolkenkrabbers, honderden vrachtschepen steeds kleiner wordend in de Chinese Zee. En dan een schemerige, koude vlucht met aan het eind, eindelijk eindelijk na 30 uur reizen, Amsterdam en de armen van mijn andere dochter.

En dan dat bericht, een vliegtuig van Malaysia Airlines wordt vermist. Met 239 mensen aan boord. Mensen zoals ik. Met geesten die misschien ook alle hoekjes van dood-door-vliegtuig verkenden. Mensen die enkele uren eerder foto’s van zichzelf aan familie en vrienden gestuurd hebben – kijk maar, we gaan echt. Mij wachtten een veilige landing en warme armen, zij komen nooit meer terug.

Dit bericht is geplaatst in Dood, Leven, Reizen met de tags , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *