“I’ve lived in Santa Monica for years. But after a messy divorce I got totally fucked up. Needed some space to get my act together again. That’s why I ended up here.” Here, dat is Shoshone, aan de rand van Death Valley. En aan het woord is de uitbater van het Croshaw saloon & cafe. Shoshone bestaat uit de saloon, de benzinepomp van Charles Brown en het Shoshone museum. Een verzameling cowboydingen beheerd door een oude, lieve dame met blauw haar. Dan nog een paar trailers en that’s it. We zijn er een paar uur gestrand met een oververhitte auto. Geen wonder. Het heet niet voor niets Death Valley. Verzengend maar zo waanzinnig prachtig. Als je ergens de boel weer rustig op de rails wil krijgen: dit is de plek…
Rijden, rijden, rijden door het niets, de leegte. Prairies, woestijnen. Regengordijnen hangen aan de horizon. Soms wordt er ineens een zwart gordijn over ons heengetrokken en barst het los. Vier, vijf bliksemstralen naast elkaar. Van hemel tot aan aarde. Ik begin de rednecks te snappen voor wie de wereld ophoudt bij de rand van hun ranch. De natuur is zo vijandig, meer vijanden kun je niet gebruiken. Voor ons Europeanen lijkt het een toneelstuk.De mannen in hun geruite hemden, jeans, laarzen en hoeden. Voor hun is het echt. Echte cowboys op echte ranches. Het bestaat nog.
Of Grand Canyon. De eerste aanblik is verbijsterend. Kan niet, denk je. Zo groot. Zo onaards. Geen bergen, maar kilometersdiepe ravijnen zo ver je kunt zien. Kilometers breed. De hele dag lopen we er langs. Een fractie van wat er werkelijk te lopen valt. Tegen de avond zie ik een man met een antenne staan op een van de uitkijkpunten. Ik vraag hem wat hij aan het doen is. “Waiting for condors.” Ik besluit met hem te wachten. Condorman leunt ontspannen met een been tegen de rots. Isa schrijft. Ik kijk. En kijk. Het avondlicht intensiveert de kleuren. Rood, bruin, blauw. In de peilloze diepte stroomt de glinsterende Colorado. Na een half uurtje zegt birdman ‘condor’ en wijst. Een enorme condor cirkelt lager en lager. De ‘tags’ op zijn vleugels worden zichtbaar, zo dichtbij komt hij. Metersbreed, de ogen spiedend, de snavel krom en felgekleurd cirkelt hij over onze hoofden en landt op een rots. Isa en ik zijn uitgelaten.
En nu zitten we aan het Monolake, de rand van Yosemitepark in de Sierra Nevada. Morgen weer door, richting westkust…
Even een kleine vraag, hoe heb je het nou met HP opgelost? Want reizend door zulke mooie landschappen kun je natuurlijk niet lezen. En uitstellen lijkt me ook vreselijk.
P.S. als je nou aan de rand van een lake zit, neem dan een z.g. skinny dip. Ondanks de blootfobie van de amerikanen vinden ze het heel leuk om laat op de avond in het pikke donker (bloot) ingepakt in een grote handdoek naar de rand van het water te lopen en er dan bloot in te springen en te gaan zwemmen.
Harry Potter in Santa Barbara aangeschaft op de dag dat ‘ie verscheen. Tijdens een Potterparty, erg grappig. En meteen gaan lezen uiteraard, ’s avonds in bed. Allang uit dus…
En wat skinny dippen betreft. Hebben dat gedaan – almost – op klaarlichte dag in een ijskoude bergstroom in Yosemite. Inderdaad, de amerikanen waren not amused. Terwijl we toch keurige ondergoedjes aanhadden.