Mijn broer was vroeger lid van het Artis planetarium. Dan staarde hij door een telescoop diep in het universum en af en toe sloeg hij steil achterover. Letterlijk. De grootsheid en leegte waren teveel voor simpele mensenhersenen en hup: shutdown en achterover vallen.
Mijn zen huiswerk voor deze week – en tot in de eeuwigheid vrees ik – bestaat uit het stellen van vragen waar geen antwoord op is. Waar ik, met simpele mensenhersenen, geen antwoord op kan vinden. Waar ga ik heen als ik dood ben? Wat was er vóór de big bang. Wie het weet mag het zeggen. Als ik met die vragen op mijn kussentje ga zitten, gebeurt mij hetzelfde als mijn broer. Ik sla steil achterover. Alleen niet letterlijk. Het besef van ons voortrazende planeetje in die eindeloze leegte is te veel om te bevatten. Het besef van geboorte en dood. Van geen idee hebben waar naartoe en waar vandaan. Alleen maar eh, nou ja, ummmm…
Je bezig houden met dit soort onmogelijke vragen heeft een fijne bijwerking: je wordt als het ware uit je hersens geduwd. Het klinkt eng en soms is het dat ook maar het heeft als prettige bijwerking dat er een gigantische relativering op gang komt. Over mijn eigen leven, gedachten, emoties, dat wat ik belangrijk vindt. En dat er steeds meer momenten zijn waarop ik overvallen wordt door een gevoel van complete awe en overgave.
Ik bedoel: dat jij en ik hier nu samen zijn, met ademende longen, kloppende hartjes en denkende breinen. Hoe bijzonder is dat? We bevinden ons in een eeuwigdurende val, lieve medepassagiers, beseffen jullie dat wel? En we weten helemaal niks. Eigenlijk is dat heel prettig. Dus, lighten up!
Ik heb 7 jaar natuurkunde gestudeerd voor ik er achter begon te komen dat de oneindigheid van het heelal en zo veel meer zaken niet te bevatten zijn door ons (of in ieder geval mijn) brein.
Mooi!
hoe nietig zijn we…..
als meer mensen zich dat nu eens bewust werden!
Als kind probeerde ik me zulke dingen soms voor te stellen: wat is er buiten het heelal? Waar bevindt het heelal zich in? Wat als er niets was, maar dan ook echt niets, ook geen zwart … Dat gaf altijd zo een vreemd gevoel als ik er echt diep over nadacht.
Als amateur astronoom snap ik wat je broer gevoeld heeft. Ik heb eens vol verwondering door een telescoop staan turen tot ik draaierig werd , en het zwart voor m’n ogen werd. Ik kwam toen tot de conclusie dat een verse teug lucht erg nodig was.
Het universum is adembenemend mooi, maar ook beangstigend.
En wij op ons bolletje maar druk zijn, en dik doen! PHAH!!!