In de trein naar Utrecht.
Witte zeilen op blauw water. Alle kleuren groen. Twee huilende vrouwen op een bankje op perron Hilversum. Een broedende zwaan. Twee ooievaarsnesten in een elektriciteitsmast. Een vrouw in een streng, zwart mantelpak stevig stappend over een boerenpad. Rode bloesem. Witte bloesem. Zachtgroene bloesem. Twee paarse koekoeksbloemen in de berm. Nog een broedende zwaan. Fel groen geschilderde kozijnen in een jaren ’30 huis. Een zoenend stel bij de spoorwegovergang. De hoge bomen langs de gracht. Davids lieve, wijze woorden. De brede glimlach van de tibetaanse vrouw van het restaurant. Een bruid op de brug. Schoonmakers in de trein. Het boek van Marloes. Een molen. Tevreden, dikke koeien.
Niks leukers dan onderweg zijn.