Een hele week theater. Letterlijk en figuurlijk. Naar het Muziektheater met Witho en Jorien. Opera! Verdi in eigentijds jasje. Prachtige, ingenieuze toneelbeelden. Ik weet niets van opera behalve de geijkte beelden van dikke mannen en vrouwen die hard en dramatisch zingen. Niets van dat alles deze avond. In de pauze vertelt Jorien, terwijl we de lichtjes aan de Amstel op zien gloeien, gepassioneerd over haar liefde voor opera. Een verrassing.
Vrijdag aan tafel bij Peter, directeur van ons eigen theater. Praten en denken over een nieuw cultureel, politiek cafe. We zitten met een stuk of tien mensen rond de tafel, twee ervan ken ik niet. Kunstenaars uit Amsterdam ‘die Almere willen helpen’. Ik krijg het ineens heel erg benauwd. En ik word ook ineens heel pissig. Ademhalen, naar buiten kijken waar de meeuwen over het Weerwater scheren. Constateren dat ik hier eigenlijk helemaal geen zin meer in heb. Geen zin meer om te praten, geen zin meer in interessant doenerij, gewoon doen.
Ik moet eerder weg, afspraak met acupunturist Erik. In de garage hangen de bordjes met pijlen naar Deepak Chopra erop. Marcel is geweest, vertelt hij, 650 euro per plaats. Nog meer theater. Maar dan in een spiritueel jasje. Een kwartier later lig ik als een stekelvarkentje bij Erik, overal steken naalden in. Mijn hoofd wordt weer leeg. De pijn in mijn heup is weg, net als de eczeem rond mijn ogen waar ik nu al maandenlang tegen druppel en smeer met nare middeltjes van de huisarts. “Ik ben blij met je,” zeg ik tegen Erik. “Ik met jou, ” zegt Erik.
Met andere Peter en lief naar de Hulk, dat broedplaats voor creatieven moet worden. Ik overweeg er een plek te huren en wil Peter daar ook hebben en Myra en Huub. We staan voor het foeilelijke gebouw. “Getver,” zegt lief. “Als hier iets creatiefs moet gebeuren…” Binnen valt het mee. De ruimtes zijn prettig. De Witte Olifant zit er al, Mariska van Vandaar is aan het klussen in haar nieuwe ruimte. Ik zie mezelf daar wel zitten. Hartje Haven, mooie plek voor het Geheugen. Maar er moet veel gebeuren, zeker als er iets van samenwerking moet ontstaan. Geen plek waar het vanzelf gebeurt. Ruimte zat, dat wel. Eerst maar ’s praten over de huur.
Zaterdagochtend rooie jurk en schoenen aan, rooie lippenstift op. Fietsen naar de schouwburg. Open dag van de Kunstlinie. Het docentenorkest speelt drie tango’s en heeft ons gevraagd daarbij te dansen. Ze spelen mooi en strak ondanks weinig repetities. We dansen, lang geleden, maar we vinden onmiddelijk elkaars ritme. “Het ziet er zo harmonieus uit, jullie samen. Zo bijzonder, prachtig,” zegt Heleen uit het orkest. Het is waar, tango is afstemmen op elkaar. Voelen. We hebben heel wat relatiehobbels al dansend genomen. Het hele gebouw gonst en leeft. Overal gebeurt wat. Muziek, zingen, veel kinderen, kleien, tekenen. Het plein staat gelukkig vol fietsen, ondanks de verbodsbordjes.
’s Avonds naar ROtheater met Baal van Brecht. Eerst eten in het Waterfront. Het Weerwater donkergroen en onheilspellend naast onze tafel. De oevers kleurloos. De zaal is half leeg. Het toneel helemaal vol. Een rauw stuk is het, moeilijk, intens. Ik heb de neiging weg te lopen maar de beschaving wint het. Op een rare manier haakt de tegendraadsheid toch ergens aan een innerlijk snaartje. Prachtige teksten komen langs maar kunnen net niet landen.
Bertold Brecht, 3 september 1920
‘Alles met je hele hart en ziel te doen! Wat, dat is om het even! Klein of groot! Allebei! Niet aldoor politiek, hoop op de toekomst, zonneschijn! Zuip hem, de regen! Bij je ongeluk zijn, je eraan wijden, met huid en haar!’
En dat, meneer Brecht in de hemel, is de spijker op z’n kop. Dank.